vrijdag 4 november 2011

Stuiptrekkingen van een onhoudbare visie


Om de huidige discussies en machtsstrijd over verduurzaming beter te begrijpen, is het behulpzaam twee ‘kampen’ of visies te onderscheiden.

Kamp A heeft de conclusie getrokken en aanvaard dat onze economie de ecologische grenzen heeft bereikt of zelfs heeft overschreden. In deze visie wordt de economische ontwikkeling nu in belangrijke mate belemmerd doordat de ‘milieugebruiksruimte’ op is. Er ontstaat schaarste: makkelijk en goedkoop winbare natuurlijke hulpbronnen raken op, de veerkracht van ecosystemen is sterk afgenomen. Nieuwe economische kansen dienen zich in deze visie alleen maar aan indien niet langer naar klassiek financieel-economische winst wordt gestreefd, maar geïnvesteerd wordt in de bescherming en opwaardering van ecosystemen, behoud van het holoceenklimaat, en in hernieuwbare hulpbronnen.
Economie binnen de grenzen van de veerkracht
van ecosystemen? Bron: Stockholm Resilience Centre


Een toenemend aantal bedrijven omarmt deze visie, op grond van eigen inzichten en kennis, of uit verlicht eigenbelang: wie dat niet doet, loopt grote kans kopje onder te gaan. Is het niet doordat de noodzakelijke hulpbronnen en grondstoffen schaars en duur worden, waardoor de continuïteit van de onderneming gevaar loopt, dan is het wel doordat de samenleving eenvoudigweg geen license to operate meer gunt aan bedrijven die onvoldoende in planet en people investeren.

Kamp B vindt het idee van ecologische grenzen, beperkte veerkracht en schaarse hulpbronnen allemaal maar onzin. Hooguit wordt er een politieke lippendienst aan bewezen, maar in wezen is het beeld dat alle gemekker over natuur en milieu en klimaat en biodiversiteit een barrière is voor de Economische Groei Zoals We Die Altijd Gehad Hebben. In zijn meest vergaande varianten zijn, volgens Kamp B, de vertegenwoordigers van Visie A ‘watermeloenen’: groen van buiten, maar rood van binnen, types die onder de dekmantel van vergroening het socialisme willen vestigen, en de vrije markt om zeep willen helpen. Zo extreem denken maar weinigen, maar de opvatting dat al die milieubescherming onze broodnodige economische groei belemmert is wel wijd verspreid.
De remedie, in deze visie, is machtspolitiek. Met wet en vergunning in de hand de plannen doorduwen, en als er tegenslag is de natuur- en milieuorganisaties de schuld geven. En als dat niet lukt de wet zelf proberen te veranderen.

Een afnemend aantal bedrijven omarmt deze zienswijze, maar laat dit in Den Haag nu precies de visie zijn die aan de macht is.
Een oppervlakkig waarnemer zou denken dat het vooral VVD, CDA en PVV zijn die Kamp B vormen, maar dat is niet juist: de scheidslijnen lopen dwars door de partijen heen, in elk geval bij VVD en CDA. Bij de PVV kan ik dat niet overzien. Alleen, degenen die binnen CDA en VVD tot Kamp A behoren zijn binnen hun partijen (tijdelijk) uitgerangeerd. Maar Kamp A in CDA en VVD mag dan wel het zwijgen zijn opgelegd, enthousiast over de manier waarop de voorvechters van Kamp B opereren is men allesbehalve. Uit loyaliteit met de partij wordt de situatie nog even geaccepteerd zoals deze is, men likt zijn wonden, maar zoekt tevens naar nieuwe kansen om Visie A in de eigen partij verder door te zetten, en leiders naar voren te schuiven die deze ondersteunen. Dit te beginnen in het CDA, dat het idee van rentmeesterschap eindelijk eens echt wil vormgeven. De Verhagens, Blekers en Hillens van deze wereld worden na de val van het kabinet gepromoveerd tot Gouverneur van Limburg, Burgemeester van Stadskanaal respectievelijk Opper-Tabakslobbyist bij Public Affairsbureau Hillen en Knowlton, en een nieuwe ploeg kopstukken zoekt samenwerkingsverbanden en maatregelen die wel voldoende recht doen aan Visie A.
Kamp A haalt dan opgelucht adem, de krimpende groep aanhangers van Visie B verhardt in zijn standpunten, vecht zich af en toe knap terug, maar verliest uiteindelijk het pleit.

Dit Kamp B-kabinet maakt weliswaar veel kapot dat me lief is, maar als ik het goed zie gaat het om de laatste stuiptrekkingen van een visie die zijn beste tijd heeft gehad. Dat is dan wel weer een bemoedigende gedachte.

Jan Paul van Soest

Stuiptrekkingen van een onhoudbare visie verscheen als column in Energiegids.nl, november 2011.
Zie ook Gemeynt-blog: